8. Voorburg, 7 november 2008

Scheiding commerciële en sociale activiteiten corporaties blijft uit

Debat over stoomschip Rotterdam
Scheiding commerciële en sociale activiteiten corporaties blijft uit
 
IVBN dringt al jaren aan op een strikte en objectieve scheiding tussen commerciële en sociale activiteiten van woningcorporaties. De affaire rond het stoomschip toont des te meer aan dat die scheiding er moet komen. De Europese Transparantie richtlijn vereist dat die scheiding wordt aangebracht en de Nederlandse overheid blijft nog steeds ernstig in gebreke. 
 
Het is voor IVBN onbegrijpelijk dat minister Vogelaar in deze kwestie durft te stellen dat “deelname van Woonbron past binnen de brede zorg voor het wonen door woningcorporaties”. Dit is overigens een door IVBN bij de Europese Commissie aangevochten beleidsvoornemen, dat gelukkig nog niet in het BBSH is opgenomen. De stelling van de minister dat dit project past binnen het BBSH is onbegrijpelijk. Er is slechts een heel summiere link tussen het stoomschip en de kernactiviteiten van een corporatie. Het project stoomschip Rotterdam is voor tenminste 80% commercieel.
 
Minister Vogelaar geeft verder expliciet aan dat het aan woningcorporaties is toegestaan om in de (her-) ontwikkelingsfase van projecten voor 100% verantwoordelijk te zijn voor de voorfinanciering. De minister stelt alleen de eis dat in de exploitatiefase de deelname van een woningcorporatie "proportioneel zijn aan de kerntaken van een corporatie." Volgens IVBN is het juist deze zeer ruime beleidsvrijheid voor corporaties die is oorzaak van de huidige problemen bij Woonbron. De commerciële partij die aanvankelijk voor 50% zou deelnemen in de toen geraamde investeringskosten van € 12 miljoen haakte in het begin al af. Inmiddels zijn de investeringskosten volstrekt uit de hand gelopen en opgelopen naar € 200 miljoen
 
De bij de brief openbaar gemaakte stukken bevestigen het beeld dat er bitter weinig terecht is gekomen van een adequaat intern toezicht op een dergelijk groot project. Opnieuw blijkt dat ook het toezicht op verbindingen van corporaties volstrekt onvoldoende is. De financiële toezichthouder het Centraal Fonds Volkshuisvesting heeft herhaaldelijk gewezen op het ontbreken van onvoldoende toezicht op verbindingen.

De Vereniging van Institutionele Beleggers in Vastgoed, Nederland (IVBN) behartigt de gezamenlijke belangen van grote pensioenfondsen, verzekeringsmaatschappijen, vermogensbeheerders en (al dan niet beursgenoteerde) vastgoedfondsen. De 29 leden hebben voor circa 50 miljard euro aan Nederlands onroerend goed in bezit en nog eens zo’n 50 miljard aan vastgoed in het buitenland. De bij de IVBN aangesloten vastgoedorganisaties beleggen in woningen, kantoren, winkels, bedrijfsruimten en parkeergarages. Zij verhuren circa 140.000 woningen en zijn daarmee de derde aanbiedende partij op de woningmarkt. Het commercieel vastgoed is opgebouwd uit kantoren (circa 6 miljoen m2), winkels (circa 4,5 miljoen m2) , bedrijfsruimten en parkeergarages. IVBN is in 1995 opgericht om de gemeenschappelijke belangen van haar leden te behartigen en de bedrijfstak verder te professionaliseren


Terug