Den Haag, 15 december 2021

IVBN roept G5 en BZK op tot ingrijpende wijzigingen in de opkoopbescherming

IVBN vreest dat de huidige regeling inzake opkoopbescherming, bedoeld om particuliere buy-to-let beleggers te weren uit daarvoor aan te wijzen wijken, onbedoeld belemmerend gaat werken op de praktijk van institutionele en andere professionele lange termijn beleggers. Deze partijen kopen immers geen individuele koopwoningen aan van particulieren om die te gaan verhuren, maar zouden door het voorgestelde verhuurverbod in Amsterdam wel worden geraakt. En dat is dan weer slecht voor de zeer gespannen woningmarkt in Amsterdam.

IVBN schrijft dit in een inspraakreactie op de opkoopbescherming, zoals het Amsterdamse College dat voor ogen heeft.  Net als Amsterdam willen ook G5-steden Utrecht en Eindhoven komen tot een opkoopbescherming in de hele stad. Het Ministerie van BZK heeft op verzoek van de Tweede Kamer in allerijl dergelijke wetgeving mogelijk gemaakt. Dat proces heeft helaas haastige en slechte landelijke wetgeving opgeleverd, waardoor IVBN-leden worden geraakt, terwijl dat nooit de bedoeling is geweest. 

De opkoopbescherming is in de landelijke wetgeving namelijk geregeld in de vorm van een (in bepaalde wijken uit te vaardigen) verhuurverbod op het “in gebruik geven van woonruimte” binnen een periode van vier jaar na de datum van inschrijving in de openbare registers van de akte van levering van die woonruimte aan de nieuwe eigenaar. Juist door deze (te) algemene omschrijving gaat de ‘opkoopbescherming’ in de vorm van een verhuurverbod ook de bestaande praktijk van institutionele en andere professionele langetermijn beleggers doorkruisen.

IVBN illustreert de belemmerende effecten aan de hand van een aantal voorbeelden, waaronder het gaan verhuren van een nieuwgebouwd complex met huurwoningen; verminderde flexibiliteit om van een ontwikkelaar binnen een complex overgebleven nieuw gebouwde koopwoningen alsnog in huur te gaan exploiteren en bij complexgewijze aan- of verkoop van een bestaand complex huurwoningen, als daarin enkele woningen leeg staan vanwege voorgenomen renovatie/verduurzaming of recent in de afgelopen maanden zijn wederverhuurd. In dergelijke situaties kunnen dus ook institutionele en andere professionele lange termijn beleggers belemmerd worden door een verhuurverbod. IVBN benadrukt dat dat onbedoelde effecten zijn, veroorzaakt door onzorgvuldige wetgeving zowel landelijk als lokaal. IVBN vraagt het Amsterdamse College en de Raad om de opkoopbescherming / het verhuurverbod niet eerder aan te nemen dan nadat daaraan ingrijpende wijzigingen zijn doorgevoerd om de door IVBN geschetste problematiek het hoofd bieden. Met de reactie aan Amsterdam informeert IVBN ook het Ministerie van BZK en de overige G5 en G40 gemeenten.  


 

Noot voor de redactie: Contactpersoon Frank van Blokland, directeur IVBN 070-3000371 of  06 54 25 24 15 

IVBN behartigt de collectieve belangen van haar leden (institutionele en andere professionele vastgoedbeleggers) richting politiek en vastgoedmarkt. IVBN biedt een platform voor professionele vastgoedbeleggers en werkt met de leden aan de verdere professionalsering van de sector op gebieden als integriteit, transparantie, verduurzaming en innovatie. IVBN benadrukt de maatschappelijke betekenis van beleggen in vastgoed. De leden exploiteren voor circa 60 miljard euro aan Nederlands onroerend goed en nog eens zo’n 50 miljard aan vastgoed in het buitenland. Zij beleggen in woningen (50%), winkels (30%), kantoren (15%), bedrijfsruimten, parkeergarages en overig vastgoed. Het lidmaatschap van IVBN staat open voor (binnen- en buitenlandse) institutionele en andere professionele vastgoedbeleggers met meer dan 250 miljoen aan belegd vermogen in Nederland. (Aspirant-)Leden hebben een positieve reputatie in de Nederlandse vastgoedmarkt. De lidmaatschapscriteria hebben betrekking op ‘governance’, transparantie, integriteit en lange termijn horizon.





Terug