IVBN heeft aan de landelijke én lokale politiek een “Middenhuurakkoord” aangeboden rond drie centrale thema’s: a) de nieuwbouw van veel meer middenhuur stimuleren; b) te hoge jaarlijkse huurstijgingen in de midden- en vrije sector beperken en c) excessen bestrijden die zich helaas in overspannen markten voordoen.
Er is grote schaarste aan middenhuurwoningen tussen de € 720 en € 950. Dat leidt helaas tot excessen door huisjesmelkers. Die schaarste en die excessen kunnen volgens IVBN alleen worden aangepakt door veel meer nieuwbouw in dit segment. Het gaan reguleren van dit te kleine segment van circa 600.000 huurwoningen, zoals enkele grote gemeenten willen, is géén oplossing en jaagt lange termijn investeerders van deze markt weg. Juist de nieuwbouw van middenhuur moet gestimuleerd worden en dat samen met gemeenten en corporaties.
IVBN heeft het Middenhuurakkoord aangeboden aan het ministerie van Binnenlandse Zaken en de gemeenten Amsterdam en Utrecht. IVBN wil hiermee een door de markt georganiseerd en veel groter middenhuursegment mogelijk maken. Dit nu veel te kleine segment zit ingeklemd tussen de fiscaal zwaar gesubsidieerde koopwoningenmarkt en de op basis van staatssteun functionerende sociale voorraad huurwoningen. Enkele elementen uit het aan partijen aangeboden akkoord zijn:
Noot voor de redactie: Contactpersoon F.J.W. (Frank) van Blokland, directeur IVBN 070-3000371 of 06 54 25 24 15
Doel van IVBN is het bevorderen van een evenwichtig investeringsklimaat voor vastgoed en een goede marktwerking. IVBN behartigt de gemeenschappelijke belangen van (al of niet beursgenoteerde) vastgoedfondsen en vastgoed-vermogensbeheerders. De leden exploiteren omvangrijke portefeuilles vastgoed, overwegend in opdracht van institutionele beleggers, zoals pensioenfondsen, verzekeringsmaatschappijen en/of banken, zodat zij aan hun maatschappelijke verplichtingen kunnen voldoen richting gepensioneerden. De leden werken dus ‘met andermans geld’ en moeten dat transparant, verantwoord, integer, duurzaam en voor de lange termijn beleggen tegen een zo hoog mogelijk rendement en met weinig risico. De 28 leden exploiteren voor circa 50 miljard euro aan Nederlands onroerend goed en nog eens zo’n 50 miljard aan vastgoed in het buitenland. Zij beleggen in woningen (50%), winkels (30%), kantoren (15%), bedrijfsruimten, parkeergarages en overig vastgoed.